Naast me staat een dampende hazelnoot latte (dat is inderdaad mijn favoriet, voor wie dat nog onthouden heeft) en een zacht lentebriesje waait door mijn kamer. Het wordt eindelijk wat warmer! Ik ben terug in Melbourne, alweer een paar dagen, en het is fijn om weer thuis te zijn. Al durf ik te wedden dat er ook ongetwijfeld nog steeds mensen waren die niet wisten dat ik weg was of die misschien dachten dat ik veel te hard aan het party’en was geslagen (antwoord: nee, niet echt). Ik bevond me in een noordelijk topje van Queensland, Australië en zag daar het Great Barrier Reef (holy fuck wat bijzonder), ging al roadtrippend door de country, sliep in een tiny stadje genaamd Millaa Millaa en gaf kangaroes en wallaby’s te eten (Mag ik er eentje hebben? Please? Ze zijn ZO lief als ze tam zijn).
Hoewel de trip geweldig was, heb ik het schrijven hier gemist. Misschien moet je er een schrijver voor zijn om dit te begrijpen, maar op dit moment loop ik vast met letterlijk alle andere dingen die ik moet doen, voordat ik al mijn gedachten neergepend heb. Zijn jullie even mazzelaars ;)
Departure
Wat ik deed? Het begon met een vliegtuig om 6 uur ’s ochtends dat – voor mij nog steeds – op onverklaarbare reden vertraging had omdat er iets mis was met de toiletten in het toestel. Ok. Het zal wel. Dat is niet echt iets waar ik me zo vroeg in de ochtend al mee bezig wil houden – ik wil me op zulke tijdstippen eigenlijk gewoon helemaal nergens mee bezig houden. De Uber arriveerde om 3:30 sharp in de straat van mijn appartement en om 4:17 kwamen we aan op Tullamarine. We bestond in dit geval uit twee Canadese meisjes, een Amerikaans meisje en ikzelf. Zij hadden gesprekken voor tien, ik luisterde gedwee en genoot van Melbourne in de nacht. Omdat vliegtuigstoelen altijd in rijtjes van drie zitten voor vluchten van maar drie en half uur (hoor mij nou eens, waar is de Nederlander heen?), zat ik ergens apart. Je raadt het al: de hele reis heb ik geslapen.
Giligan’s Hostel
Eenmaal aangekomen in Cairns, onze final destination, vonden we na anderhalf uur klunzen en wachten op de verkeerde plek de gratis airport pick-up (ja, zeg maar niks) waar we recht op hadden door onze boeking bij Gilligan’s Hostel in Cairns. Het was welgeteld 7 minuutjes rijden vanaf het vliegveld naar het hostel en de chauffeur die we hadden was één van de meest bizarre mensen die ik ooit ontmoet had. Zijn moodswings waren net de Goliath in Walibi, zo heftig en gestrest kon hij reageren om het volgende moment (slechte) grappen te zitten maken over de plek waar we terecht waren gekomen. Hij was de eerste die ons vertelde dat er zoutwater krokodillen leven in de zee in Cairns en dat je het maar uit je hoofd moest laten om op het strand te gaan chillen. Eenmaal bij het hostel konden we nog niet inchecken, dus lagen we aan het ijskoude zwembad en maakten we kennis met de zon. Die zon. Er. Is. Geen. Ozon. In. Dat. Deel. Van. Australië. Dat je het even weet. Ik heb het geweten, hoewel mijn ergste verbranding twee dagen later pas was had ik na een uurtje aan het zwembad al mijn oksels verbrand.
Nou vraag ik je toch: heb je er ooit over nagedacht dat je je OKSELS kan verbranden?
Inmiddels was een ander deel van de groep internationale/exchange studenten ook in het hostel aangekomen en vormden we een gezellige kliek. Na een fish en chips (ik eet hier zo veel FRIET) en een wandeling door het stadje konden we onze kamer in. Een acht persoons gemixte dorm – dat is wel even wat anders dan mijn kleine kamertje in Melbourne. Maar ik heb begrepen dat ik mezelf gelukkig mag prijzen dat alles schoon was en dat de roomies die we hadden (inmiddels had een ander meisje uit Amerika, genaamd A. zich ook bij ons gevoegd) waren prima. ’s Avonds schijnt er heel wat aan de hand geweest te zijn tijdens de Wet T-shirt contest (opnieuw: zeg maar niks, ok? Ik weet precies wat jullie denken), maar daar heb ik niks van meegekregen. Het was onmogelijk om mijn ogen nog langer open te houden en dus viel ik om precies 21:00 uur al in een diepe DIEPE slaap.
(Er schijnt muziek geweest te zijn tot 2 uur ’s nachts. En schreeuwende mensen. En luidruchtige kamergenoten. En mensen die seks hadden in de kamers naast de onze. Dat laatste schijnt een thema te zijn hier, jezus, veel te veel voor een nuchter Nederlands meisje. Heb ik allemaal niks van gehoord, dus nu vraag ik me af of ik ook door een brandalarm heen zou kunnen slapen?)
Roadtrip to Behanna Gorge Creek
De volgende dag, maandag 8 augustus, vertrok ik met weer anderen (ik word hier nog een echte social butterfly jongons) naar Behanna Gorge Creek. Zegt jullie natuurlijk helemaal niks, maar ik zou zeggen, kijk maar even naar onderstaande plaatjes. S. had een auto gehuurd voor de week en ik had samen met een paar andere Amerikanen een plekje bemachtigd. Al roadtrippend (damn, zelfs de meest simpele wegen hier doen mijn mond open vallen) zijn we naar een waterval gereden die aangeraden was door locals. Eerst haalden we een ontbijt bij een plaatselijke bakker in een winkelcentrumpje in de open lucht en ik zou willen dat ik daar foto’s had gemaakt – but I didn’t – want alles ziet er hier zo anders uit dan thuis. Het schijnt allemaal behoorlijk hetzelfde te zijn als in Amerika, maar aangezien ik daar nog nooit geweest ben kan ik dat niet bevestigen. Het is in ieder geval DUIDELIJK geen Europa. We vervolgden de route naar de plek en hadden geen idee waar we uit zouden komen, maar dat is wel een beetje de fun van een roadtrip in the middle of nowhere. Ramen open, een goed gesprek op de achterbank met A., slecht klinkende muziek uit een mobiel op het dashboard en daar sjeesden we met onze rode Hyundai Getz.
De klim naar Behanna Gorge Creek was 3,5 km en was vergelijkbaar met de zevenheuvelweg. Komisch detail: aan het begin van de weg stond een bordje met een waarschuwing dat er ‘moderate inclines’ (middelmatige verhogingen) in de weg te vinden waren. Ik zou het eerder bergen noemen, maar goed ik kom dan ook van een land waar alles plat is. Ik denk steeds dat de rest van de wereld ook plat is en dat het de normaalste zaak van de wereld is, maar dan loop ik hier om ’s ochtends 9 uur weer naar de campus en realiseer ik me – al puffend en hijgend – dat de meeste landschappen bergjes hebben. Of heuvels. Zo ook de weg naar Behana Gorge. Het was een flinke klim, vooral als je in je achterhoofd houdt dat we geen idee hadden waar we naartoe liepen – op de woorden van de locals na dan.
Maar toen we er waren? Ja. Kijk maar. Dat zegt eigenlijk alles. (Ik zwom niet en dook niet van de rotsen af, het water was ijskoud en ik vond niet in het ziekenhuis belanden toch iets belangrijker dan de ervaring. De rest deed dat wel allemaal, maar ik ben niet voor niets Leo).
Pssst, dit is een zoekplaatje. Kun jij de mensen spotten? Ja, zo reusachtig was het dus!
Ja, ik was er echt. En ja, ik ben echt ontzettend wit nog hier. Hence, het verbranden.
Je snapt: het was de klim uiteindelijk wel waard. Ik liep, hooray hooray, natuurlijk weer twee fikse blaren op en ik had nog een hele week met dezelfde voeten te doen. Thanks voor mijn overvoorbereidende aard dat ik een paar blarenpleisters in mijn rugzak had gepropt, anders hadden ze me denk ik over de zevenheuvelenweg naar huis moeten tillen. (Ik sjouwde ook nog eens die veel te zware camera mee de hele week. Ik weet dat het de bedoeling is dat je daar niet over zeurt en dat het de foto’s ten goede komt, maar soms dacht ik echt: Leo, kun je nou niet gewoon je iPhone gebruiken? Antwoord: nee, natuurlijk niet).
Opnieuw: spot de mensen. Ja, impressive, I know.
Back in Cairns
Het liep tegen het schemer aan toen we terugreden, de beste hamburger die ik OOIT gegeten heb (of ja, tot op dat moment dan) bij Grill’d haalden (kip en brie en cranberriesaus; LEKKER) en uiteindelijk boekten mijn reisgenootjes van die dag ook een trip naar het Great Barrier Reef. Dat stond namelijk op de planning voor de dinsdag. Je zou denken dat ik met die gedachte al snel in een diepe slaap viel, maar nee, we verbleven in een party hostel dus er moest wel eerst een kijkje worden genomen beneden. Er bleek een talentenjacht aan de gang te zijn en na een aantal drankjes had A. de moed gevonden om zelf ook mee te doen. Met een Vodka Raspberry (bizar dingetje: alcohol is hier veel duurder, maar mixdrankjes zijn hier veel goedkoper dan een normaal biertje… Huh, Aus, you keep surprising me) die veel te zoet was voor mijn smaakpupillen, genoot ik van de soms hilarische live optredens. A. won geen grote prijzen, maar had wel ons respect verdiend nadat ze een Alycia Keys nummer had vertolkt. (Ik kan niet zingen, maar ik weet wel dat dat moeilijke nummers zijn).
Uiteindelijk rolde ik veel te laat mijn bed voor mijn doen (ik voel het nu nog…) maar er stond een heel erg gave dag op de planning, dus wat maakte het uit. De verhalen over het Great Barrier Reef hebben jullie nog van me te goed omdat eerst ga proberen de foto’s van mijn vriendinnen hier te fixen en ik moeilijk kan vertellen hoe GEWELDIG het was zonder beeldmateriaal. Verder zal ik kijken of ik de video van het uitzicht tijdens de road trip op mijn Youtube kanaal kan gooien (ja, dat las je goed, working on something) en volgen er snel meer blogs over Millaa Millaa, watervallen, Port Douglas, het strand en natuurlijk mijn leven in Melbs.
Ik zal trouwens de brandende vraag die jullie allemaal willen stellen meteen beantwoorden: Ja, ik zou absoluut kunnen wonen in Australië. Ik vermoed dat bijna iedereen dat wel zou kunnen. Of ik dat ook ga doen? Hmm… to be continued ;)
8 Comments
WAUW WAUW WAUW! Ik kan het me niet voorstellen hoe het is, maar 1000x dankjewel dat je met je camera en alles rondloopt om alles vast te leggen.
Hahahaha, ahhh, voor comments als deze heb ik het er wel voor over ;)
Oooh, wat een heerlijk verhaal Leonie. ♥ Net of ik ook even in Australië was (I wish). Die watervallen zijn echt prachtig, enneh, ik kan de mensen niet spotten. Dus ik neem maar aan dat het reusachtig was. Je hebt het in ieder geval weer voor elkaar gekregen om me NOG meer te laten hunkeren naar het land, IK MOET ERHEEN! En wat Petra zegt; ik ben stiekem best blij dat je die veel te zware camera meesleept, het is het dubbel en dwars waard.
Haha, hint: bij de laatste foto in de rechterhoek, onderaan. Dankjewel voor je lieve comment, Silvana <3
Wauw! Ik heb met volle teugen genoten van je verhalen en je plaatjes. Kijk al uit naar meer! (Op die eerste foto kan ik maar geen mensen ontdekken, argh ik zou er mijn hoofd nog over breken!)
Ah, wat een lieve reactie! Heb je Sleepinglion.nl al op Facebook geliked? Ik zal daar morgen verklappen waar je de mensen kan vinden :)
Wat een fijn verhaal en wat een prachtige foto’s! Cairns was mijn eindbestemming en daar werd ik vervolgens nog geëvacueerd ook wegens een cycloon. Helaas maar weinig van de omgeving van Cairns gezien dus. Ik wil weer terug! (en oh die zon… ik geloof dat ik ook flink verbrandde op mijn eerste dag op het strand in Adelaide en toen scheen de zon niet eens!!1!) Succes met de deadlines!
[…] – studenten hier zijn niet zo heel veel anders dan thuis. Daarna was ik acht dagen in het noorden van Australië (de rest van de blogs volgt, echt!) en daarna kwamen er zoveel deadlines op me af dat ik heel hard […]