Het viel me op dat ik de laatste tijd iedere blog die ik na lange tijd weer schreef ben begonnen met een soort ‘excuus’ of ‘verklaring’ voor mijn afwezigheid. Ik weet niet zo goed waarom ik dat doe, want het wekt des te meer de gewoonte op dat ik mezelf moet gaan verantwoorden als ik een tijdje niet schrijf. Dat hoef ik niet, maar ik denk dat opmerkingen als ‘moeilijk hè, om je blog up-to-date te houden?’ wel ontstaan vanuit deze verwachting.
Write it down
Wie mij al een poosje volgt weet dat ik eigenlijk altijd wel ergens druk mee ben. Of dat nu met mijn studie is of met het totaal op z’n kop gooien van mijn blog: ik ben graag bezig. Hoewel ik ook erg graag een dag lang op de bank lig of uitslaap (ik ben ook gewoon lui), zijn er altijd meer dromen en ambities dan waar ik tijd voor heb. Ik ben een groot voorstander van doen waar je gelukkig van wordt, maar ik kom mijn eigen idealen niet altijd helemaal na. Zo heb ik deze week iets te veel tijd gespendeerd met dingen uitstellen die achteraf niet zo erg bleken en met tijd verdoen met mopperen over Australië. En toen kwam ik #The100DayProject tegen. Precies wat ik nodig had.
Eigenlijk stond er voor vandaag een andere blogpost in de planning, omdat ik over een paar uur mijn Statistiek tentamen heb (en ik me daar nu eigenlijk op zou moeten richten). Maar net zoals de DWDD gisteren wijs besloot, wil ik toch graag van me afschrijven over het verschrikkelijke drama dat zich gisteren voltrokken heeft.
Blog jij? Of lees jij alleen blogs? En heb jij je wel eens gerealiseerd dat het feit dat wij bloggen en kunnen zeggen wat wij willen gesteund is door de vrijheid van meningsuiting? Ik niet. Niet dat ik het niet wist, maar ik stond er niet bij stil. Nu wel. En daar wil ik graag wat over zeggen.
Laatst zat ik in de bus en dacht ik, terwijl Nijmegen aan me voorbij schoot: dit is echt een heel leuk jaar. Geweest en ook wat nog moet komen. En toen dacht ik meteen (blogger hè): oh, yes het is bijna december en dan mag ik weer een jaaroverzicht maken! Dat zegt natuurlijk wel genoeg, net alsof ik het hele jaar door geen overzichtjes kan maken, maar blijkbaar is dat dan toch niet zo ultiem als eind december. Remember de weekly snapshots? Juistem, ga maar kijken als je nieuwsgierig bent hoe lang geleden dat is. Maar ja, ik zat dus nog steeds te broeden op goede ideeën (Sam Smith in mijn oren, mag ik die man z’n stem trouwen? Nee? Jammer) en dacht toen: ik doe gewoon een yearly snapshots. Zoals je al had gezien is dat niet deze post, maar ik wilde het wel even introduceren. Dan kun je je erop voorbereiden of verheugen. Of niet natuurlijk. Ik wilde het wel in het kader van ‘een heel leuk jaar’ over mijn afgelopen weekend hebben. Dat was er nogal eentje van living on the edge, hoor.
Ik vind maandagen eigenlijk nooit fijn, maar vond het vanochtend niet zo erg om wakker te worden en weer te beginnen aan de één na laatste week van periode 2. (Holy shit, ik ben gewoon al weer bijna door semester 1 heen!) Ik had namelijk echt een heel erg fijn weekend. Zo’n weekend dat normaal op mijn favoriete blogs zou staan en waar ik dan met ochtendhumeur en al van zou zitten genieten in de bus. Kun je natuurlijk veel beter zelf meemaken, maar ja, soms heb ik zoveel deadlines dat ik blij ben als ik nog straight na kan denken op zondagavond. Ik zat afgelopen weekend namelijk met le parents in de auto naar ons vakantiehuisje in de bossen. Dat is fijn. De bossen heb ik laatst pas weer herontdekt. Wandelen met mama en angstaanjagend bruin monster Laika. Terwijl de laatste door de verdorde bladeren huppelt, stokken verslindt alsof het hondenbrokjes zijn en zo af en toe gevaarlijk dicht bij komt met zo’n mega tak om tegen onze benen aan te slaan, lopen mama en ik door de natuur. #omaleonie. En ik kan daar tegenwoordig zo van genieten. Koude oren en frisse lucht. Kletsen over serieuze en minder serieuze dingen. Het voelt echt een beetje als het ultieme opladen. Zaterdag’s deden we een rond van 5 kilometer (hulde voor de vivofit! O ja, die review heb ik jullie ook nog beloofd!) en op zondag de helft. En het was zo fijn om even van huis weg te zijn.
Hoewel daar zijn altijd voelt als thuiskomen, doen we er toch altijd dingen die we thuis niet doen. We gaan naar een kunstmarkt, doen een rondje in Zutphen/Deventer/Doetinchem, gaan ergens een hapje eten, kijken een film in de bioscoop of zijn gewoon met z’n allen gezellig in de woonkamer. Dat is iets dat thuis niet zo vaak voor komt. Nu moet je niet denken dat mijn ouders en ik een zooitje asociale psychopaten zijn die elkaar nooit zien, maar we zijn wel altijd in de weer. Druk, druk. In het vakantiehuisje worden we gedwongen de kaarsjes aan te steken, onder fluffy dekentjes te kruipen en gezellig samen te zitten. En ik wist eigenlijk niet dat ik daar zoveel waarde aan hechtte, maar niets blijkt minder waar.
Afgelopen weekend bleef ik vakantiehuisthuis terwijl mijn ouders naar de stad reden omdat ik iets Heel Erg Belangrijks te doen had. Ik zou namelijk mijn motivatiebrief en CV voor mijn buitenlandstudie periode in gaan leveren. O, shit. Nou, ja, daar werd ik wel even een beetje zenuwachtig van. Op Facebook heb je al kunnen lezen hoe het idee zich van minuscuul klein kiempje ontwikkelde tot een heus doordacht plan. Dat laatste is ook nieuw voor mij inderdaad. Meestal doe ik maar zo’n beetje iets en kom ik er onderweg wel achter of het idee slim was. Dat gaat hierbij niet. Kan nogal moeilijk zeggen: ‘Ah joh, pak gewoon het vliegtuig naar Australië en dan zien we daar wel weer of het gaat lukken of niet, hè.’ Kun je proberen, maar ik zou het niet aanraden.
Voor de nieuwe lezers (omg, jullie zijn met zoveel!) zal ik het even uitleggen. Ik zou graag naar een blog verwijzen waar het helemaal uitgebreid in uitgelegd wordt maar eh, die heb ik niet geschreven. Ik dacht namelijk dat ik de tijd die zo’n blog met twijfels en AAHHH!11!!1 zou kosten, beter kon investeren in het uitwerken van die motivatiebrief om te kunnen studeren in Australië. Het eerste semester van mijn derde studiejaar ga ik namelijk 4-6 maanden in het buitenland studeren en nou ja, figures, ik wil graag buiten Europa studeren. Lijkt me zo ontzettend inspirerend en out of the comfortzone dat ik er zeven kleuren stront van schijt op de dagen dat ik denk BEN JE WEL GOED WIJS? Op andere dagen denk ik alleen maar: Aaaaah yes, ik kan dit, dit wordt zo leuk, ik vind dit zo spannend but it’s sooooooooo awesome!!11!!. (Ik denk ook in uitroeptekens, ja). Ik heb hier te veel over te vertellen, dus een blog volgt later deze maand met meer uitleg.
In ieder geval kwamen mijn ouders terug nadat ik mijn deadlines had gehaald en brachten ze een cadeautje voor me mee. Ik ben die nu uitgebreid aan het testen, maar wie op Twitter goed zoekt zal vinden. Ik ben er zo blij mee! It is beautiful. Het was in het kader van Sinterklaas en omdat de voorganger van dit apparaat kapot was gegaan, maar het was tegelijkertijd zo spontaan en ik vond het echt Heel Lief.
Toen dat we dat allemaal achter de rug hadden en ik nog steeds een beetje zat te spacen door het cadeautje en door het versturen van die motivatiebrief, besloten we uit eten te gaan. Ergens bij een onbekend plekje in een nog onbekender dorpje in de buurt. Zat daar bommetje vol, maar we kregen een tafeltje naast het deel van de keuken waar de chefs de partie bezig waren met de voor- en nagerechten. Ik vond het echt heel tof om dat een keertje van zo dichtbij te kunnen zien (wie mij kent weet hoe groot de liefde voor Masterchef Australia is) en het eten was goddelijk goed. Ik denk dat ik er maar een hotspot blog van ga maken, maar het was zo druk dat ik niet echt mijn eigen foto’s heb kunnen schieten. Might take some time als ik wat beeldmateriaal moet verzamelen. Ik had sushi vooraf (yolo) en boeuf de stroganoff als hoofd. Maar het toetje? Dat overtrof al mijn stoute patissierdromen. Het was een stukje pistachecake (met wortel, volgens mij) en overheerlijk sinaasappelsorbet ijs. Ik hoef niet meer uit te leggen dat ik blij was dat er vanochtend geen weegschaal in de buurt was, toch?
Dit alles deed ik dus zaterdag. Misschien schrijf ik nooit van dit soort blogjes omdat ik never stop met praten? Wie tot zover is gekomen met lezen, bravo! Ik wilde namelijk afsluiten met een al net zo leuke gebeurtenis op zondag. Ik werd namelijk wakker met een boel meer lezers en schreef toen hoopvol op Twitter:
O jongens! Misschien gaan we voor de kerst nog wel de tweehonderd volgers halen :o Aaah yess!
— L to the eonie (@totheleonie) November 30, 2014
Een paar uur later, inmiddels na boswandeling #2 en de autorit naar huis toe, kwam ik er thuis achter dat ik de 200 volgers gehaald had. Meer zelfs, de teller stond op dat moment op 202. Op dezelfde dag nog. Je moet vast een blogger zijn om dit te begrijpen, maar ik vond het zo ontzettend leuk! Het voelt echt fantastisch dat jullie mijn blunt stukjes waarderen en ook nog eens zulke leuke reacties achterlaten. Dat maakt me echt een heel blij meisje. En dat vind ik ook een hele goede reden om naar Australië te moeten gaan, want practice what you preach (nieuwe enge dingen doen en levenslessen leren!) en blog er daarna over. Want ja, dat ga ik natuurlijk wel doen.
Was jullie weekend ook één en al kaarsjes, boswandelingen en samenzijn? Het voelde echt als een soort pre-kerst. Was ik de enige?
Voor mijn minor journalistiek moest ik afgelopen periode verschillende journalistieke genres zien te leren beheersen. Zo’n genre leren kennen binnen zeven weken is prima te doen, maar een artikel schrijven dat volledig voldoet aan alle aspecten is een stukje moeilijker. Toch denk ik zelf dat dat bij het volgende stuk best aardig gelukt is en ik laat het jullie graag lezen. Bij de opdracht ‘interview’ dacht ik meteen aan de lieve Laura die ik al jaren online ken, maar die ik nog nooit ontmoet had. Ik greep de kans meteen en vroeg of ik haar toevallig even kon interviewen als ze niet in het buitenland was en een paar dagen later zat ik op haar famous Chesterfield. Haar katten om me heen en bovenop en maar babbelen – allebei onze specialiteit, geloof ik. En dat het nog eens enorm goed klikte vinden we allebei natuurlijk alleen maar leuk :-)
Foto’s komen van Laura’s site
Bloggen is hot en happening. Ze zijn er in alle maten, soorten en kleuren, die blogs. Beautyblogs die volgeladen staan met swatches van lipsticks, travelblogs met kleurrijke plaatjes van de zoveelste trip en vergeet de lifestyleblogs niet met interieurinspiratie, recepten waar je U tegen zegt en natuurlijk ‘het gewone leven.’ Voor Communicatie Online sprak ik met Laura Coolen, een bekende blogger in deze wereld vol communicatie op een heel nieuw level.
Travelblogger Laura Coolen (1988) ontvangt me in haar huis in Arnhem op vijf minuten lopen van het centrum. Bij binnenkomst schieten haar twee inmiddels bekende katten Aap en Noot om me heen en bewonder ik haar woonkamer. De foto’s die ze plaatst op haar grote travelblog Whatabouther.nl liegen er niet om. Ze woont daadwerkelijk in een oase van turquoise kleuren, vachtjes en vintage pareltjes. Ze zet voor ons beiden een kop Pukka thee terwijl ik kijk naar haar thuiskantoor dat overspoelt wordt door zonlicht. Op dat moment weet ik het al: deze dame weet van aanpakken.
We nestelen ons op de Chesterfield die al meerdere malen prominent verschenen is op haar blog en haar kat Aap kruipt meteen op mijn schoot. De rest van ons interview is de sfeer ongedwongen en ontspannen terwijl we omringt worden door apparatuur van Apple die op stil staat. Een baan in de communicatiewereld, of beter gezegd: blogwereld, betekent dat je 24/7 online bereikbaar bent en (dat ook bijna altijd) moet zijn.
Sinds 2013 heeft Laura een communicatiebedrijf met de naam Cloudshaped. Ze focust zich hiermee vooral op destination marketing, destination video’s, social media en tekst en communicatie. Dat tekst een belangrijke rol speelt in haar leven, kun je op verschillende manieren zien. Op haar blog probeert ze haar lezers door middel van meeslepende zinnen, mooie boodschappen en nog stilistisch interessanter geschreven teksten te trekken, te verbazen en te verwonderen.
Maar is bloggen voor Laura ook de toekomst? Ze lijkt te twijfelen bij het beantwoorden van deze vraag. “Soms denk ik van niet. Er zijn zoveel ontwikkelingen gaande in de blogwereld waar ik het niet mee eens ben. Soms denk ik wel eens: ik stop er mee. Uiteindelijk overwint de liefde voor het schrijven toch, de liefde voor het delen van de mooie en minder mooie dingen. Het dromen plukken en anderen hun dromen laten plukken.”
Zit de eigenaresse van de award-winning blog over tien jaar nog steeds in haar met licht overgoten kantoor freelance teksten te schrijven voor bedrijven? Laura’s ambities lijken ergens verborgen onder de dikke huid die ze heeft ontwikkeld door het bloggen van de laatste jaren. “Ik ben eigenlijk helemaal niet met de toekomst bezig. Ik zie het dan wel. Ik weet niet of ik tegen die tijd nog steeds doe wat ik nu doe. Ik wil graag blijven schrijven. Andere opdrachten misschien. Of andere mooie dingen doen naast het schrijven.” Zijn er dan helemaal geen plannen, geen dromen? Jawel. Zo laat ze vallen dat ze in de toekomst misschien wel een PR-bureau op zou willen starten. Dat lijkt de totaal andere kant van wat ze nu doet, maar public relations zou meer gemeen kunnen hebben met haar huidige commerciële activiteiten dan op het oog lijkt.
Een kijkje in de keuken bij deze blonde dame levert me de volgende inzichten op (naast dat ze in huis nogal dol blijken te zijn op Pukka thee). Ze is ongeveer zo’n 4 uur per dag bezig met het beantwoorden van zakelijke e-mailtjes. Zo af en toe zitten daar pareltjes tussen: spontane bedankjes van lezers om artikelen die ze geplaatst heeft. Een heel bijzonder gebaar, als je het haar vraagt. Daarnaast is ze druk in de weer met het schrijven van content, het bewerken van foto’s, het promoten op social media en natuurlijk haar allergrootste hobby: reizen.
Voor iemand die het zo goed voor elkaar gebokst heeft, is Laura maar bescheiden over haar prestaties. Ik vraag haar of ze het lastig vindt om haar professionele leven en haar persoonlijke leven online te combineren. “Dat vind ik zeker lastig. Soms heb ik ergens een frustratie of een mening over, maar het is dan niet wijs om deze te delen. Het wordt daarmee immers ook de mening van Whatabouther.nl en dat wil ik niet. Ik krijg er bovendien alleen maar kritiek op geleverd en ik wil ook niet dat men mij beschouwd alsof ik een arrogante überblogger ben die wel even zal laten zien hoe het moet. Dat ben ik helemaal niet en dat is ook niet mijn bedoeling.”
“Ik zie het al helemaal voor me dat als ik straks kindjes heb en mijn blog met mij meegroeit, dat het dan ‘What About Them’ wordt.”
Het is een veel geziene trend de laatste jaren: de mens die een merk is geworden en dat is lang niet altijd gemakkelijk. “Ik spreek niet over andere bloggers,” – en wanneer ze toch een voorbeeld aanhaalt noemt ze geen namen, – “en ik wil er helemaal niet over roddelen. Maar soms gebeuren er nare dingen in de blogwereld en ontstaan er relletjes die je natuurlijk wel kwetsen. Het hoort erbij als je ‘groot’ wordt dat iedereen overal een mening over heeft, maar dat maakt het nog niet makkelijker om je er niets van aan te trekken. Ik blijf ook maar gewoon een mens.” Laura heeft haar hart op de goede plaats zitten en hoopt dat ze met haar blog nog vele mooie dingen mag bereiken.
“Ik zie het al helemaal voor me dat als ik straks kindjes heb en mijn blog met mij meegroeit, dat het dan ‘What About Them’ wordt.” Ze straalt duidelijk bij deze gedachten en het werkt aanstekelijk. Misschien is dat het wel geheim van haar succes? Haar enthousiasme omarmt je als een oude bekende en je wil haar knusse huisje gelijk niet meer verlaten. Is dat de kunst die ze tussen de regels door ook vertoont? Het zou zo maar kunnen.
Misschien valt de oorzaak te vinden in haar opleiding en de vele plekken die ze haar woonplaats heeft mogen noemen. Zo heeft ze in Zuid-Afrika, Griekenland, Londen en Parijs gewoond naar aanleiding van haar studie international hospitality management. Dat ze achteraf misschien beter iets anders had moeten gaan studeren gezien haar huidige carrière, geeft ze zonder al te veel moeite toe. Maar wat het dan geweest was? Haar opgedane kennis past ze nu toch nog toe bij haar huidige werk, al is het maar in de vorm van destinatieplannen schrijven. Haar ervaring binnen de horeca en hotel branche komt haar nu uitstekend van pas tijdens het bloggen waar ze, tussen neus en lippen door, nu maandelijks van kan leven.
“Mijn vriend is hartstikke trots als hij iemand vertelt dat zijn vriendin een professionele blogger is, maar ik vind dat woord zelf verschrikkelijk.”
Klinkt het niet als een droombaan? In het vliegtuig stappen naar een bestemming, genieten, er een stukje over tikken, een paar foto’s erbij en hoog scoren in Google? De realiteit leert ons dat het ook heel hard werken is, iets dat wij als fellow communicatiedeskundigen vast kunnen beamen. Eén verkeerde uiting en je ligt uit het spel. Tijd, moeite en liefde investeert Laura in haar bloggerscarrière, al krijgt ze van dat woord een zure smaak in haar mond.
“Mijn vriend is hartstikke trots als hij iemand vertelt dat zijn vriendin een professionele blogger is, maar ik vind dat woord zelf verschrikkelijk. Er hangt toch een soort stigma overheen van ‘even snel een stukkie tikken’ waar je verder niet veel voor hoeft te kunnen. Ik word er dan toevallig voor betaald. Sterker nog, dat idee lijken zoveel mensen over te nemen dat er steeds meer bloggers starten met de intentie eraan te verdienen. Als ze mij vragen hoe ik zo ‘groot’ ben geworden dan zeg ik dat je moet investeren. Het heeft mij zeven jaar gekost om te komen waar ik nu sta, dat gaat niet in een maand.” Bloggen is dus naast alle leuke events en tripjes ook gewoon keihard je tanden in iets zetten, je kop uit het zand halen en gas geven.
Laura vertelt verhalen zoals niemand anders dat kan en noemt zichzelf dan ook graag een storyteller; een storymaker. Iemand die begonnen is met bloggen vanuit een liefde voor tekst en schrijven en het professioneel steeds verder lijkt te schoppen. Is dat niet waar wij allen ons communicatiehart voor in zouden willen zetten? Voor content die raakt en daarnaast ook nog geld op levert? Ik zou hopen van wel.
Volg Laura’s reisverhalen en inspirerende content op www.whatabouther.nl
We trappen deze reeks af met deze column die ik tegenkwam op de website van Write Now. Ik raad je aan ‘m gewoon even te lezen, maar in het kort: dat wat Lize Spit heeft, had ik ook. Ik wilde vroeg een boek schrijven (en ik schreef meerdere halve verhalen) en dat alles moest jong gebeuren. Maar een perfectionist is nooit tevreden en begint liever 100x opnieuw dan ook maar 1x iets af te maken. En ze zegt het zo mooi: “Het ijzer willen smeden terwijl het nog heet is, is net het probleem; het ijzer is altijd nog te heet.” Toch moet je ergens beginnen om uiteindelijk iets af te schrijven, ook al zal je latere werk je waarschijnlijk overtreffen. Het is niet erg om niet constant te schrijven en nog te groeien in wat je doet. Lize zegt het al:
“Schrijven gaat vooral over durven.”
En dat kan ik alleen maar beamen. Dus nee, deze eerste ‘basis van een goed verhaal’ gaat niet over opbouw of spanning of taal – dit gaat over durven. Durven jatten wat niet van jou is – de dingen die om je heen gebeuren. De gebeurtenissen opschrijven vanuit jouw perspectief, terwijl een ander misschien niet hetzelfde bedoelde. Schrijven gaat ook niet alleen maar over de realiteit weergeven zoals je ‘m om je heen vind – maar zoals jij ‘m ziet. Ligt naast me mijn mobiel of een technisch apparaat bomvol herinneringen en het snelle contact naar mensen die ik liefheb? Perspectief en de moed hebben om precies dat perspectief, al dan niet gejat, neer te pennen met jouw woorden. En vervolgens al die lieftallige woorden weer te schrappen. Want ook schrappen is schrijven. Herschrijven. Deleten. En weer opnieuw. En schrappen is misschien nog wel veel enger dan beginnen; schrappen is het wegtoveren van zorgvuldig neergeschreven gedachten en je weet nooit of je het precies op dezelfde manier weer kan verwoorden. Eng en daarom juist noodzakelijk.
Natuurlijk is de opbouw belangrijk – het slaat nergens op met een epiloog te beginnen en te eindigen met het begin van het verhaal, toch? Of wel? Over het algemeen is dat niet logisch, maar juist creatief om gaan met opbouw en spanningsbogen maakt je verhaal beter dan dat van de massa. Wat lees je liever? Boeken vanuit één vertelperspectief of boeken vanuit meerdere mensen? Mijn favoriete boek, The Girl You Left Behind, was nooit zo goed geweest als het niet vanuit een creatieve opbouw was geschreven.
Schrijven gaat ook over het vinden van inspiratie in de alledaagse dingen. Ik pretendeer niet dat ik een goede schrijfster ben, maar ik durf wel op te biechten dat ik een ster ben in observeren. Dagdromen. Mensen kijken en bedenken uit welk milieu ze komen, hoe ze heten, waar ze naar op zoek zijn. Schrijven gaat over over dingen doen. Opnieuw: dingen durven. De beste schrijfdagen zijn die waarop je nieuwe ervaringen om kan zetten in herinneringen en vervolgens verhalen. Lize schrijft: “Ik doe mijn best deze fout niet te maken, maar betrap me erop dat er herinneringen in mijn verhaal kruipen, herinneringen die doen alsof ze toch niet van mij zijn.” Ik doe mijn best deze fout wel te maken, want zoals later al zal blijken, schrijf ik op emoties en oproepbare emoties maken woorden tastbaarder dan dat wat je nog niet hebt meegemaakt.
De basis van een goed verhaal? Durven schrijven wat JIJ wil schrijven terwijl je doet alsof je de lezer bent. Als je bewust bepaalde situaties gaat vermijden, dan gaat de lezer dat merken en dan loopt een verhaal niet meer. Wil je niet schrijven over een ruzie, seks of sociaal onhandige momenten? Weinig kans dat je boek of verhaal echt aan gaat slaan. Is dat niet precies wat je namelijk wil leren van een boek of waarom een boek interessant is? Waarom je jezelf eraan kan relateren? Waarom je kan meevoelen met de hoofdpersoon?
We sluiten deze eerste aflevering af met een schrijfopdracht en een vraag waar je over na mag denken:
Wanneer vind je iets een goed boek?
Denk aan iets dat je afgelopen week mee hebt gemaakt of houdt dit in je achterhoofd voor dagen dat je nog iets mee gaat maken en schrijf dit op. Eerst recht toe, recht aan wat er gebeurde. Schrijf vervolgens op wat er volgens jou gebeurde. Stak iemand zijn hand in zijn zak of stak iemand zijn hak in zijn zak om te controleren of dat de trouwring er nog wel in zat? Gooi en dan een onverwachte gebeurtenis in – iets dat je eng vind of moeilijk (misschien spreekt die vreemde je wel aan?) en probeer je al schrijvende over je eigen angst heen te zetten.
Je mag zowel verhaal als het antwoord op de vraag achterlaten in een reactie. Ik zal kritiek geven als je dat erbij zet (:
Naar aanleiding van dit stukje, begon ik nogmaals te denken over de richting van Sleeping Lion. Maar dit keer nam ik jullie comments mee. Iets dat mij laat zien, volgens Laura en iets dat ík leuk vind volgens Alix (hoi, trouwens!). En Ilse was ook heel treffend: de kleine dingen die ertoe doen. De posts zoals ik ze vroeger schreef. Ik moet je zeggen dat me dat wel even bezig heeft gehouden, want er zijn nogal veel dingen die binnen die definities passen en dat kan ik dan alwéér niet vatten in woorden. (Zien jullie wat het hele probleem hier is? Ik vind gewoon te veel interessant). Enfin, iets wat ik leuk vind dus. Laat me denken.
Ik vind marketing leuk. En ik vind communicatie leuk. En taal. En gekke taaldingetjes. En vreemde talen. En de taalrubiek van DWDD (hoe leuk is het dat ik die een keer live meegemaakt hebt, ik ga er nog van lachen als ik eraan denk). En taalvoutjes, geen taalfouten. En woordjes opschrijven. Zinnetjes maken. Verhaaltjes verzinnen. Hey, wacht eens: schrijven!
Toen ik naging hoeveel het hier op mijn blog over schrijven is gegaan de afgelopen tijd, moest ik stilletjes een traantje wegpinken. Altijd maar roepen dat schrijven in je bloed zit en er ondertussen nooit iets meedoen? Wat is deze, Leonie? Een post over NaNoWriMo telt niet, kom nou zeg. Dat korte verhaal over die mevrouw, wel. Na een flinke brainstorm kwam ik op een plan: waarom schrijf ik niet gewoon een mini-cursusje fictie schrijven?
Niet gelijk gaan gillen, als het je niet boeit: laat het me alsjeblieft weten, want de vraag die volgt stel ik natuurlijk met een reden. Maar voor ik dat doe, laat ik uitleggen wat ik in gedachten heb. Er zijn namelijk regelmatig mensen die mij vragen hoe ik iets aanpak of hoe ik iets op een bepaalde manier beschrijf, welke trucjes ik gebruik en hoe mijn verhalen vaak raak zijn. (Ik benadruk maar even dat dit niet mijn woorden zijn, ik ben geen arrogante bitch). En aangezien ik dol ben op uitleggen en mensen helpen, why not?
Qua indeling zat ik aan dit te denken, een serie van vijf lesjes die ik onderstreep met voorbeelden uit fijne boeken, eigen geschreven stukken of treffende voorbeelden. Een beetje Nederlands, een beetje stijlfiguren en vooral een heleboel dingen die ik nog niet ga verklappen ;)
#1: De basis van een goed (kort) verhaal
#2: Je interpunctie, spelling en taal
#3: Voelen
#4: Uitwerken en stijl
#5: Genres
Is dat iets? Word iemand daar enthousiast van of gaan jullie dan massaal mijn blog verlaten? Wat overigens niet betekent dat ik het dan niet meteen ga doen, maar ik hoor graag eerlijke meningen. Of hebben jullie aanvullingen, tips of vragen? Please let me know. Laat ik nogmaals benadrukken dat dit geen serie zal worden over bloggen, maar juist over het schrijven van fictie en (korte) verhalen.